Wil je het meemaken dat je de allereerste fase van een kind ziet, namelijk de geboorte? Wellicht is dan de opleiding kraamverzorgster iets voor jou. Als kraamverzorgster verzorg je de baby en de mama in de kraamtijd als zij dit wenst te hebben. Lees hieronder meer.
Een baan in de kraamzorg
Het is een mooi beroep: je ziet nieuwe gezichten die pas op deze aardbol zijn gekomen en een mooie toevoeging voor de wereld zijn. Als kraamverzorgende helpt je bij de bevalling en zorg je voor een goede eerste paar weken voor vooral de baby en de moeder, maar ook de rest van het gezin. De vader heeft natuurlijk ook wat begeleiding nodig, vooral als hij voor het eerst papa is geworden. Beide ouders hebben behoefte aan begeleiding, ondersteuning, emotionele steun, een luisterend oor en iemand die ze kan voorlichten. Dat mag jij allemaal doen! Een baan als kraamverzorger is dus erg dankbaar werk.
Wat moet je in petto hebben als kraamverzorgende?
Je moet snel kunnen handelen en voor anderen willen zorgen. Je zorgt namelijk voor zowel baby als moeder, zowel fysiek als mentaal geef je de benodigde steun of je verwijst ze bijvoorbeeld door. Je moet ook snel kunnen schakelen en van afwisseling houden, gezien de taken uiteenlopen van het verzorgen tot het zorgen van hygiëne in de omgeving. Je helpt daarom ook bijvoorbeeld bij huishoudelijke taken indien nodig, vangt visite op, houdt bij of moeder en kind het goed doen zowel fysiek als mentaal, etc. Het belangrijkste is dat je dit echt wilt doen, het is namelijk belangrijk en verantwoord werk.
Welke levensfases zijn er?
Een mens heeft verschillende levensfases. Het begint natuurlijk al bij de zwangerschap. Wanneer de bevalling is geweest, groeit de baby natuurlijk steeds een beetje bij beetje meer. Een pasgeboren kind tot en met 1 jaar noemen we een baby. Vanaf 1 tot 2,5 jaar noemen we het kind een dreumes en vanaf ongeveer 2,5 en 4 jaar is het een peuter. Vanaf 4 tot 6 jaar is het een kleuter. Een schoolkind heeft de leeftijd vanaf 6 tot 12 jaar. En dan is het zo ver: de puberteit, het kind is dan tussen de 12 en 16 jaar. Kleine kinderen worden groot: jongeren tussen de 16 en 21 jaar worden adolescenten genoemd.
De 8 ontwikkelingsfases
Volgens Erik Erikson zijn er 8 levensfases bij een mens. Het vertrouwen begint vanaf de kleine tot en met 1,5 jaar. Dit begint bij een band opbouwen met de moeder. Als het gaat om autonomie begint dit vanaf 1,5 jaar tot en met het derde levensjaar. Een kind van 3 tot 6 jaar neemt steeds meer initiatief, wat gevolgd wordt door competentie vanaf 6 jaar tot en met de puberteit. Adolescenten krijgen steeds meer een eigen identiteit, wat de vierde levensfase is. Dat wordt weer vervolgd door intimiteit bij jongvolwassenen en productiviteit bij middelbare leeftijd. Tijdens de ouderdom zou er volgens Erikson tevredenheid zijn.